“Het gras is bij de buren altijd groener maar ….. zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens”
Het thema wonen staat hoog op de politieke agenda. Er is een groot tekort aan woningen. Voor een sociale huurwoning kunnen mensen jarenlang op een wachtlijst staan. Maar door allerlei belemmeringen komt het ‘bouwen, bouwen, bouwen’ maar moeilijk van de grond. Kwantiteit is dus een punt. Tegelijkertijd wordt er op allerlei plaatsen nagedacht over hoe dat wonen vorm te geven. Is het voldoende dat iedereen een eigen ‘hokje’ heeft, zijn of haar eigen vierkante meters? Gewoon een dak boven het hoofd. Of gaat het bij wonen om meer? En zo ja, wat is dan dat ‘meer’? Wat maakt dat je met plezier kunt wonen, wat maakt je huis tot een thuis? In het Scalaweekend van oktober hebben we stilgestaan bij vragen als: ‘Wat verstaan we eigenlijk onder wonen? Wat is daarvoor nodig? Wanneer woon je ergens echt? Kun je wonen in een AZC, een camper of een tentje in een bos? Of spreek je dan van verblijven? Welke waarden zijn er bij wonen in het geding? Welke waarden vinden wij – Scala-leden – van belang? En wat kunnen we doen om die waarden nu en in de toekomst te realiseren?’ Door wandelgesprekken en lezingen hebben we ons op het thema bezonnen. Diny lichtte de thematiek toe aan de hand van de begrippen ‘ingebonden of uiteengelegd wonen’, Hans nam ons mee langs allerlei nieuwe initiatieven zoals collectie opdrachtgeverschap, concepten als ‘zorgzame buurt’. De basis is het recht op wonen, maar het thuisgevoel, samen betekenis geven aan het eigen leven en aan dat van je omgeving zijn net zulke belangrijke elementen.
